Zienswijze te vroeg
De gemeente Uitgeest heeft vanaf 22 december 2022 een ontwerpbesluit ter inzage gelegd. Dat was het besluit voor het verlenen van een omgevingsvergunning voor een zonnepark. Al op 13 april 2022 had een inwoner van Uitgeest een zienswijze ingediend over dit te nemen besluit. De gemeente heeft die zienswijze niet meegenomen in het besluit tot het geven van de vergunning in februari 2023, omdat deze al was ingediend voordat het ontwerpbesluit ter inzage lag. Ook zou deze inwoner geen belanghebbende zijn bij de omgevingsvergunning, omdat hij er te ver vandaan woont en de aanleg van het energiepark geen gevolgen van betekenis heeft voor zijn woon- en leefsituatie.
De indiener van het beroep stelt dat het te vroeg indienen van zijn zienswijze te wijten is aan verkeerde informatie van gemeente. Die had hem erop moeten wijzen dat hij alsnog op een later tijdstip een zienswijze had moeten indienen.
Oordeel van de rechtbank
Hoewel het naar het oordeel van de rechtbank wel zo netjes was geweest als de gemeente had gemeld dat de zienswijze te vroeg was, volgt de rechtbank de belanghebbende niet. De gemeente had hem namelijk ook een e-mail gestuurd, waarin een duidelijk verband is gelegd tussen de terinzagelegging van het ontwerpbesluit en de mogelijkheid om een zienswijze in te dienen. Die procedure is ook nog telefonisch toegelicht.
De betrokkene was ook aanwezig bij een voorlichtingsavond over het plan tot het realiseren van het zonnepark. In de publicatie van de terinzagelegging van het ontwerpbesluit staat dat het mogelijk is een zienswijze in te dienen in de periode dat het ontwerpbesluit ter inzage ligt. Hij was dan ook goed voorgelicht over de procedure en er was geen reden om aan te nemen dat er al een ontwerpbesluit was toen hij te vroeg zijn zienswijze indiende. De gemeente hoefde die zienswijze dan ook niet te betrekken bij het besluit voor de omgevingsvergunning. Omdat het dus voor rekening van de betrokkene komt dat hij niet op het juiste moment een zienswijze heeft ingediend, verklaart de rechtbank zijn beroep niet-ontvankelijk. Aan een inhoudelijke beoordeling komt de rechtbank dan niet toe.